Linzensoep

Bereiding

Verwarm de oven voor op 220°C.

Breng 600 ml water in een waterkoker aan de kook.

Snipper de rode ui grof en snijd de knoflook fijn.

Was en snijd de prei in gelijke stukken.

Schil en snijd de knolselderij in kleine blokjes.

Schil en snijd de wortel in klein stukjes.

Snijd de rode peper in de lengte door en verwijder de zaadjes.

Verhit 1 el olie in een middelgrote kookpan op middelhoog vuur en roerbak alle gesneden groenten 3 minuten.

Giet de linzen af in een zeef en spoel ze schoon.

Snijd de rookworst in gelijke dunne plakjes. Je mag de rookworst ook in kleinere stukjes snijden.

Voeg de linzen, het zojuist gekookte water en peper naar smaak aan de pan toe. Voeg het bouillonblokje toe en breng aan de kook. Kook de groenten in 10 tot 12 minuten gaar.

Leg de plakjes roggebrood op een bakplaat met bakpapier en rooster ze in 8 tot 10 minuten knapperig in de oven.      

Neem, zodra de groenten gaar zijn, de pan van het vuur. Pureer de soep met een staafmixer bijna glad. De soep is extra lekker als je er nog wat grove stukjes in laat voor een goede bite.

Neem, zodra de groenten gaar zijn, de pan van het vuur. Pureer de soep met een staafmixer bijna glad. De soep is extra lekker als je er nog wat grove stukjes in laat voor een goede bite.

Breng de soep verder op smaak met peper en zout.

Beleg de roggebrood met de rauwe ham.

Serveren maar!